De gemeente Zeewolde staat voor een uitdaging waarbij ze tussen nu en 1 juli huisvesting moeten regelen voor 51 statushouders, migranten met een verblijfsvergunning. Het afgelopen halfjaar is de stad er niet in geslaagd de doelstelling van 51 huisvestingen te halen; slechts 47 nieuwkomers zijn ondergebracht in de afgelopen zes maanden.
Naast deze uitdaging moet Zeewolde ook voldoen aan de spreidingswet die ervoor moet zorgen dat er voldoende opvangplekken zijn voor asielzoekers die nog wachten op een verblijfsvergunning. Zeewolde heeft 600 van deze opvangplekken geregeld, meer dan het oorspronkelijke aantal dat volgens het ministerie was vereist. Zeewolde heeft daarvoor extra financiële steun van het rijk ontvangen.
In totaal moeten honderd gemeenten meer opvangplekken voor asielzoekers regelen dan oorspronkelijk gepland was. Dit betekent een totaal van 6000 extra plekken die voor 1 juli gereed moeten zijn, om aan de totale vraag te voldoen. Minister Faber streeft ernaar geen dwang toe te passen en wil uiteindelijk van de wet af, maar lokale bestuurders en opvangorganisaties blijven hierop aandringen.
Provincies en gemeenten mogen onderling ruilen om aan de vereiste 96.000 opvangplekken te komen voor 1 juli. De ongelijkheid in beloning voor gemeenten die in eerste instantie te weinig plekken aanboden, blijft echter een punt van kritiek.